Geschiedenis

De geschiedenis van de Basset Fauve de Bretagne gaat ver terug in de tijd. Al in de middeleeuwen werd gewag gemaakt van meutes grote roodharige honden, ongekend in hun felheid in de jacht op wolf of wild zwijn. De Basset Fauve de Bretagne en zijn grotere broer, de Griffon Fauve de Bretagne zijn waarschijnlijk verre nakomelingen van deze honden.

Bassets zijn het gevolg van een toevallige mutatie die korte poten veroorzaakt. Toen Franse jagers in de tweede helft van de 19e eeuw speciaal gingen selecteren op tragere honden van het type basset, ontstonden de huidige rassen. Iedere Franse regio stelde – door de variatie in te bejagen wild, klimaat en terreinomstandigheden – specifieke eisen aan de selectie. Voor Bretagne met zijn heuvelachtige terrein vaak met dichte dekking en rotspartijen betekende dit een kleine gedrongen basset met korte rug: de Fauve. 

De Fauve werd in kleinere aantallen gebruikt. Niet alleen omdat zij minder goed ‘ameuteerden’ (= goed op de andere honden letten en onmiddellijk bijsluiten wanneer luid op spoor gegeven wordt) maar ook omdat zij de neiging hebben om, gepassioneerd als zij zijn, het spoor los te laten om de voorste honden te snel af te zijn. De Fauve was effectiever in een jacht met minder honden en daarom de gedroomde hond voor de jager die met een paar honden aan de slag wilde.

Na de tweede wereldoorlog was het ras bijna verdwenen.  Sinds de oprichting in 1949 van de Franse Club du Fauve de Bretagne, met als eerste voorzitter Marcel Pambrun, begon het ras aan een spectaculaire comeback. In het begin werd vanwege het geringe aantal overgebleven bassets Fauve gebruik gemaakt van kruisingen met onder andere teckels en de Petit Basset Griffon Vendéen. Maar, door consequente selectie op uiterlijk en vooral ook op werkeigenschappen werd een zelfstandige goed werkende hond verkregen. 

In Frankrijk is de Fauve na de Beagle een van de meest gebruikte jachthonden van rasgroep 6 (*).

In de jaren 70 van vorige eeuw dook de Fauve in Nederland op. In 1976 werd het eerste Nederlandse nest gefokt door Cees en Olga Homans (of Pooh Corner).
Inmiddels heeft de Fauve in Nederland mede door zijn vriendelijke karakter en uitstraling aan populariteit gewonnen.

 

(*) Rasgroep 6 = Lopende honden en Zweethonden
Met lopende honden (in Nederland Brakken genoemd) worden jachthonden bedoeld die zelfstandig op zoek gaan naar wild en het spoor van het in beweging gebrachte wild luid gevend (blaffend) over grote afstand vasthoudend blijven volgen. Dit in tegenstelling tot de zgn. lange honden (zoals windhonden) die het wild op zicht bejagen. Lopende honden werken graag in een meute.